Polen is een perfecte bestemming voor mensen die wilde dieren graag spotten. Je kan hier bijvoorbeeld de majestueuze Europese wisenten, wilde zwijnen en langpotige elanden vinden in een van de vele unieke natuurgebieden, waarvan er een overvloed is. Onze bossen beslaan bijna 30% van de oppervlakte van het land. We hebben 23 nationale en 125 landschapsparken. Dan zijn er weilanden, moerassen, meren, rivieren en andere ecosystemen met vele soorten verschillende wilde dieren.
Bossen, moerassen en hun dieren
De beste tijd om wilde dieren in Polen te spotten is de winter en de herfst - een tijd van spectaculaire paringsrituelen: de bronsttijd van herten en elanden. Maar zelfs in juli of augustus zie je misschien ergens een eland in een weiland, of een wisent op een open plek in het bos rond de stad Hajnówka. Als het kijken naar dieren in het wild jouw ding is, moet je gewoon een bezoek brengen aan het Białowieża-woud, het laatste stukje oerbos op de Europese vlakte. Naast bijna duizend wissenten die in het wild leven, beschikt het Poolse deel van het bos over de ‘eiken’ toeristische route - een pad gemarkeerd tussen eikenbomen die honderden jaren oud zijn en genoemd naar Poolse en Litouwse prinsen en koningen die ooit in dit bos jaagden. Fans van grote katten moeten Kampinos Woud bezoeken, de thuisbasis van de lynx. Het zal natuurlijk een hele uitdaging zijn om een glimp van deze roofzuchtige kat op te vangen, maar het is het proberen waard, vooral omdat het Kampinoski Nationaal Park veel te bieden heeft aan de natuurliefhebbers.
Het paradijs voor vogelaars
Polen is ook de plek waar de trekroutes van veel vogels elkaar kruisen. Je kunt de scharrelaars in braakliggende velden vinden, kemphanen in stoppels, kraanvogels in moerassen die plaatselijk bekend staan als "spleja" en verschillende soorten arenden boven weilanden. Voor de vogelaars zijn de volgende plekken: het Ujście Warty Nationaal Park, de Biebrza-moerassen, het Oświn-meer in Mazurië en de Milicz-vijvers in de vallei van de Barycz-rivier een echte aanraders. De Biebrza moerassen zijn de grootste moerassen van Centraal-Europa. Met een beetje geluk kom je er de velduilen, watersnippen, wulpen, kraanvogels, korhoenen of sternen tegen. Er leven hier bijna 300 soorten water- en moerasvogels, ook enkele die zeldzaam zijn, omdat ze het grootste nationale park van Polen hebben gekozen als hun broedplaats.
Let op kleinere wezens
Ontmoetingen met kleinere kunnen net zo fascinerend zijn. Het Pieniny-gebergte is het grondgebied van de mooiste vlinder van Polen: de Apollo vlinder. Misschien zie je een olijfgroene esculaapslang in de San rivier-vallei in het Bieszczady - gebergte. Als je goed kijkt dan kan je de veelkleurige heikikkers spotten in het bos van Kampinos. De mannetjes zijn blauw, de vrouwtjes oranje. Alles wat je nodigt hebt is geduld.
De natuur in Polen is uniek
Polen staat bekend om zijn succesvolle herintroductie-experimenten. Behalve de Europese wisent zijn hier dieren als de konik (Pools primitief paard), bevers en lynxen teruggezet in het wild. De natuur in Polen is grotendeels natuurlijk, wild en ongerept. Milieubeschermingsmaatregelen werden al in de middeleeuwen door Boleslaus Chrobry geintroduceert, die een quotum voor het vangen van bevers invoerde. Casimir de Grote en Ladislaus Jagiełło hebben het kappen van bomen verboden (zo lang geleden!). Dankzij hen kunnen we Bartek de eik en zijn broers nog steeds bewonderen. In 1868 keurde het parlement in Polen als eerste ter wereld een wet goed ter bescherming van gemzen en marmotten. Een rijk natuurlijk erfgoed is een sterke troef in de aantrekkelijkheid van Polen als toeristische bestemming. Door een grote verscheidenheid aan natuurlijke habitats zijn we Europees leider op het gebied van behoud van biodiversiteit. Zee, bergen, schone meren, talloze rivieren, groene laaglanden, bossen, wilde dieren en een overvloed aan flora - je vindt het allemaal in Polen!